zondag 23 oktober 2011

Zeearenden



Ad Kolen

Prachtig weer is het dit weekend. Koud maar stralende zonnig, met goed zicht. Het voorgaande weekend was ook zo mooi. Zulke prachtige omstandigheden maken me het moeilijk om binnenshuis te blijven. Het kriebelt, allerlei plannen om naar buiten te gaan borrelen op. Vorige week, donderdagavond al, stond ik voor een keuze; trektellen op het viaduct (al enkele dagen was er behoorlijk wat beweging) of naar de Biesbosch met mijn bootje. Ik koos voor het laatste omdat ik eindelijk de Zeearenden wel eens goed wilde zien. Al heel de zomer hangen er minstens 3 exemplaren in dit uitgestrekte natte gebied volgens verschillende berichten.

Mijn bootje  'De Groeten' in de Biesbosch

Halverwege vrijdagochtend 14 oktober 2011 vaar ik af uit de thuishaven in Sprang-Capelle. Zo laat in het seizoen, met de voorspelde koude nachten, zijn er niet veel mensen die nog varen. Met weinig wind is het erg rustig op het water en er varen nauwelijks andere boten in de Biesbosch. Alleen op zondagmiddag verschijnen er meerdere, vooral op de wat bredere wateren. Na een telling op ’Jannezand’ direct na aankomst en een wat langere pauze met een blik op de ‘Zuiderklip’ gaat de tocht verder naar de noordkant van de Biesbosch. Hoewel het niet veel waait zorgt de wind uit het oosten voor lage waterstanden. Het water wordt door wind uit het oosten als het ware uit de Biesbosch geblazen. Het belet me om vanuit het noorden de kern van het gebied te bevaren. Een diepgang van 80 cm. Is dan net iets te veel!

Laagstaande zon en opkomende lichte mist maken het zicht minimaal. Het licht wordt ook schaarser, tijd om aan te meren voor de nacht. Vanaf een steiger aan de ’Rietplaat’ is er ruim zicht over het brede aangrenzende water. Hoewel eerder op de dag enkele Meerkoeten in territoriale strijd verwikkelt mijn pad kruisen hebben ze zich hier aan de noordkant in meerdere grote groepen verzameld. Dat zijn groepen uit andere streken die hier overwinteren of even uitrusten op hun weg naar het zuiden. Een groep van ruim honderd Meerkoeten dobbert vredig op het rimpelloze oppervlak tegenover de ‘Rietplaat’. Plots gaat een schrikgolf door de groep en verdwijnen ze ’en masse’. In paniek watertrappelend een smalle kreek in aan de overkant. Een overvliegende Zeearend is de oorzaak van deze paniekreactie. Mijn blik op de achterkant van de massieve roofvogel onthult duidelijk de witte staart en de grof gevingerde vleugeltoppen, bekende kenmerken van de Zeearend.

Zeearend (Haliaeetus albicilla.)    Foto: van Internet.

De avond valt snel, met een rode gloed boven de wilgen. Het wordt een mooie nacht. De in verte talrijk dobberende Knobbelzwanen worden belicht door een afnemende maan. De zaterdag wordt besteed aan telrondes op de Noorderplaat, de Lange plaat en om polder Kwestieus in de Zuiderklip. De tocht van de Rietplaat naar de Noorderplaat is prachtig. Langzaam, soms met stationair draaiende motor drijf ik door laag hangende mistenbanken. Prachtige plaatjes schuiven aan me voorbij. Om ze fotografisch vast te leggen is echter geen ruimte. Ik heb mijn handen vol om de weg te vinden. Tegen de avond zoek ik een plekje om de boot aan te leggen tegen de afsluitingsbuizen aan de westkant van de Zuiderklip. Door de voormalige landbouwpolder de Turfzakken is een geul gegraven die zich opsplitst naar het noorden en naar het zuiden. Beide wateren af op de oostelijke verbinding met de Amer. Ze zijn onderdeel van het recentelijk uitgevoerd groot natuur- en veiligheidsproject; de Zuiderklip. Ook elders in de Biesbosch zijn en worden nog dijken van grote landbouwpolders doorgestoken en kreken aangelegd. Doorstroming en opslag van grote hoeveelheden water moeten de Merwede ontlasten bij extreme hoge wateraanvoer.


Ook nu weer een heldere nacht die door prachtige rode luchten wordt ingewijd.

De opzet om hier te gaan liggen, met mijn bootje ”De Groeten”, is om op zondag wat meer op te kunnen vangen van de Zeearend die hier regelmatig rond schijnen te hangen. En van andere vogels natuurlijk. Het is weer in prachtige zonnige dag met een wolkenloze lucht. Het brede water van de kreek is bezaaid met talloze eenden en ganzen. Vooral de Krakeenden zijn talrijk. Ook Knobbelzwanen en meerdere Grote zilverreigers vliegen af en aan. Een over de bosrand zwevende Zeearend doet even na 12.00 u. alle eenden van het water opvliegen. Het is een volwassen exemplaar, te zien aan de witte staart. De vogel gaat in de top van een dode boom aan de overkant van de kreek zitten en laat zich langdurig goed bekijken.

De monding van de kreek door de Turfzakken, waar eens de Victoriahoeve stond.  Foto: Ad Kolen

Zeearenden worden vaak in dit deel van het gebied gezien. Staatsbosbeheer schijnt dan ook plannen te hebben om de daar gelegen kreek ‘het Gat van de Turkzakken’ geheel af te sluiten. Nu mag me er alleen ongemotoriseerd varen maar er varen vaak genoeg motorbootjes in. De in de Oostvaardersplassen geboren Zeearenden waaieren uit en broeden al op 2 andere plaatsen in Nederland. Mogelijk doen ze hier ook een poging, daar is wel een rustig plek voor nodig! 12.25 u. De Zeearend zit er nog steeds, met de borst naar voren, zo is het wit van de staart ook zichtbaar. De geelbruine hals, een kernmerk van een  volwassen Zeearend, belicht door de zon springt er uit. De vogel wendt regelmatig de blik naar boven. Daar, hoog in de lucht zweven cirkelend 2 Zeearenden. Een er van is een volwassen of bijna volwassen exemplaren. Plots zijn ze weer uit het zicht verdwijnen.

12.55 u. Achter de in de boom zittende Zeearend is in de verte een zwevende soortgenoot te zien. 13.05 u. Meerdere Zwarte kraaien verzamelen zich in de dode bomen naast de zitplek van de Zeearend. Een van de Zwarte kraaien waagt zich op een tak naast de Zeearend. De afstand is amper 2 meter. 13.20 u. De Zwarte kraaien gaan weg. 13.30 u. Paniek in de Zuiderklip, alles vliegt weer van het water op. De Zeearend, die van de dode boomtop, vliegt laag over. 13.50 u. Opnieuw opvliegende vogels. Weer een overvliegende Zeearend en een Visarend die in een flits in een van de dode bomen neerstrijkt.(Gisteren ook tweemaal een Visarend gezien in deze omgeving.) Deze is echter weer snel uit het beeld verdwenen.


Een zwarte kraai waagt zich op een tak naast de Zeearend.  Foto: van Internet.

Helaas moet ik nu ook gaan verdwijnen. De middag is al ver gevorderd, tijd om terug te varen naar de haven. Dat kost nog wel enkele uurtjes. Met zo’n een heerlijk weer is ook dat een feestje. Langs de ’Lange plaat’ varende verschijnen 2 Grote zilverreigers. Dichtbij, aan de rand van de kreek, waden ze door het ondiepe water op zoek naar vis.

Op de Amer dobberen naast vele Kokmeeuwen, 1 Grote mantelmeeuw, 1 Stormmeeuw vele tientallen kleine en grote zeilboten. Van zeilen komt echter niet zo veel, er staat nauwelijks wind. Afslaande naar het Oude Maasje richting de haven van Capelle komt langzaam maar zeker het einde in zicht van een prachtig weekend. Wat ik me nog lang zal herinneren!

zaterdag 22 oktober 2011

Zingende Merel in oktober !

Ad Kolen

Van schuwe bosvogel is de Merel (Turdus merula) een algemene vogel geworden die nagenoeg overal voorkomt in ons land en met name in bebouwd gebied zeer talrijk is. De Merel prijkt dan ook al jaren bovenaan de top 10 van de Nederlandse broedvogels. Al in de 1e Atlas van de Nederlandse Broedvogels (1978) kun je lezen dat in Nederland bijna geen gebieden zijn aan te wijzen waar geen Merels broeden. De geschatte broedvogelpopulatie kwam uit op 575.000 - 850.000 broedparen.


In de 2e Atlas (2002) werd het aantal broedparen geschat op 900.000 -1.200.000. Geen wonder dat nagenoeg iedereen de geluiden van de Merel wel herkent. Heel het jaar door kunnen we immers wel iets van ze horen waarvan we onbewust weten dat ze uit de keel van de Merel komen. Oh, ja het rond de avondschemering minutenlang ping ping ping geroep is van de Merel, evenals de vaak gehoorde alarmroep het in een lange reeks klinkende pit pit pit wat eindigt met een hoge en dalend viwiwiwiwi. Het langwerpige strie is bekend van de voorbij of wegvliegende Merel. Ook in de nacht klinkt dat geluid uit de kelen van overtrekkende Merels in de trekperiode.

Met een warme aangename en rustige stem laat vader Merel, een echte kerel, een melodische variatie van heldere klanken horen op een menselijke toonhoogte. De meest verknocht binnenstad bewoner kent dit nog wel! Deze prachtige zang horen we vooral vanaf het vroege voorjaar ruim voor zonsondergang, overdag bij plotselinge regenval en in de avondschemering tot ver in de zomer. Tijdens zachte winterse periodes laten ze zich soms al einde december horen. Een zingende Merel tijdens Kersmis is geen uitzondering. In februari zijn ze in de vroege ochtend al volop te horen.

Voor het eerst las ik deze week iets over een ”zeer bescheiden herfstzang” bij Merels in het schitterende boekje; ”Wat zingt daar?”. Dit naar aanleiding van de Merel op de hoek van mijn straat die deze maand uitbundig zingt. Het begon op de eerste 3 werkdagen van oktober. Weg fietsende van mijn woonplek klonk zowel op maandag, dinsdag en woensdag in de vroege ochtend om 06.00 u. de uitbundige zang uit een boomtop op de hoek. Eerst was de gedachte dat de gehele Merelbevolking wat van slag was door de hoge temperaturen aan het einde van de zomer vooraf gegaan door een zeer koele en natte periode. Buiten de melancholische klanken van een gekooide soortgenoot geen andere Merel horen zingen deze maand. Of heeft iemand anders dat wel gehoord?



In dezelfde week, op vrijdag hoor ik de vogel, opnieuw zingen, juist voor zonsopgang. Dat het niet om een Merel in een kooi gaat kan ik bevestigen als zijn lied vanaf de andere kant van de straat klinkt. Goed oplettende, ik fiets iedere ochtend in ongeveer 45 minuten naar Waalwijk als het nog donker is, of er nog meer Merels zingen stel ik vast dat waarschijnlijk alleen de vogel bij mij op de hoek zingt,uitzonderlijk!

Een week later, de 14e oktober klinkt de zang zowel voor als na zonsopgang. Op zondagavond, de 16e klinkt zijn zang zelfs rond 19.00 u. in de avondschemering. Echt bijzonder!

Na het voorgaande gisteren genoteerd te hebben ben ik vanmorgen weer redelijk vroeg op. Om 07.15 u. sluit ik de voordeur achter en ga met de oren gespitst richting het kruispunt. Ja hoor, de Merel zit vrolijk te zingen als of het voorjaar. Je zou kunnen zeggen dat het ietwat minder uitbundig klinkt maar verder de zingt de vogel volop. Na enige speuren vind ik de zanger, vol passie zingende vanaf de schuine rand van het dak van een woonhuis iets verder de straat in. Nu hoor ik dan ook geen verschil met Merelzang in het voorjaar.

Het is niet uitgesloten dat deze vogel al heel de maand of nog langer zingt. Eerlijk gezegd heb ik daar niet zo op gelet en soms heb ik ’s morgens de radio aan (dopjes in) via mijn telefoon. Vanaf nu ga ik er echt op letten, ook ik in de avondschemering!

Aanvullende waarnemingen komen hieronder te staan:
22-10-2011: Volop zingende in de ochtend(in top Linde) en in de avondschemering.
23-10-2011: Voor(07.30 u.) en na(08.00 u.) de ochtendschemering zingend aangetroffen.
31-10-2011: 06.00 u. Zingende in de ochtendschemering.
01-11-2011: 06.00 u. Zingende in de ochtendschemering.
02-11-2011: 06.00 u. Uitbundig zingende in de ochtendschemering.
03-11-2011: 06.00 u. Uitbundig zingende in de ochtendschemering.


Reacties adkolen@kpnmail.nl


Kijk ook eens op mijn weblog over vogels en andere natuurbelevenissen in het Quirijnstokpark in Tilburg Noord: vogelsenzo-quirijnstokpark    http://vogelsenzo-quirijnstokpark.blogspot.com/ .

zondag 9 oktober 2011

Flinke trek tijdens enkele mooie uren


Ad Kolen

Tussen de buien van vannacht en de vele regen later op de dag was het vanmorgen enkele uren rustig weer en scheen de zon zelfs enige tijd. Vanaf 10 voor 8 tot iets voor 11 uur stond ik met enkele andere vogelaars (Johan Wolfs, Henk Moller Pillot en Richard Smulders) vogeltrek te tellen op de trektelpost; Viaduct Meierijbaan, Tilburg op de oude 'Eindhovenseweg' over het Wilhelminakanaal.

Het was fris maar heerlijk weer en volop trek. Aanvankelijk vlogen veel vogels goed zichtbaar over, na een uur gingen ze steeds hoger vliegen en werden moeilijker zichtbaar. Met het toenemen van de wind gingen ze weer lager vliegen, het laatste uur voornamelijk bestaande uit Vinken.

Acht overtrekkende Blauwe reigers.

Daarnaast werden nogal wat Zanglijsters, Spreeuwen en Veldleeuweriken gezien. Opmerkelijk waren de Blauwe reigers, na enige twijfel boven de plas (de Lange Jan) trokken ze verder in zuidwestelijke richting. Een groep van 65 Aalscholvers vloog dwars over de stad.

Zie voor de aantallen op http://www.trektellen.nl/